media Friesch dagblad
2013-08-12 18:15

FD: Helmholt is na zes titels hongeriger dan ooit

Door Ernst Slagter

Aan de vooravond van het FK kondigde Bart Helmholt al aan dat hij een trilogie wil schrijven.

In Winsum speelde de Burgumer zaterdag ook in deel twee van zijn eigen scenario een glanzende hoofdrol.

Met nu alleen al zes Friese seniorentitels op zak is de honger van de grootvorst in het fierljeppen niet langer gestild door een zoveelste bijschrijving in de annalen van het Frysk Ljeppers Boun. Nee, zei Helmholt onlangs in deze krant: hij wil met een drietal zeges op rij zijn tweede Sulveren Pols -vooreerst een wisselprijs -definitief in zijn bezit krijgen, zoals hij dat eerder al voor elkaar kreeg met zijn vijfde Friese titel.

Dat Helmholt na de winst van vorig jaar ook deze editie met een viltstift kon afvinken was dan wel geen verrassing, maar daarom niet minder ontzagwekkend. Zoals dat al zo vaak het geval was, brak iedere andere collega-topklasser zijn hoofd over Helmholts winnende finalesprong van 20,82 meter. Enkel Thewis Hobma kon van de finalekandidaten in het verleden een vergelijkbare afstand (20,83) als persoonlijk record aanvoeren, terwijl de andere concurrenten -Ysbrand Galama, Thomas Helmholt en Jacob Scherjon -nimmer zover in het zandbed terecht kwamen.

En toch was Helmholt er na die 20,82 in zijn eerste finalepoging nog niet helemaal gerust op, zo gaf hij luttele seconden na de huldiging toe. „Het lijkt nu misschien niet zo, maar de concurrentie komt dit seizoen steeds dichterbij”, stelde de Burgumer. „Thewis heeft al bewezen dat hij verder zou kunnen springen, maar vooral bij de laatste sprong van Ysbrand dacht ik: ‘daar gaat mijn titel.’” De schrik sloeg Helmholt zogezegd om het hart, want omdat Ysbrand Galama in de voorrondes met 19,55 het verst van allemaal reikte, mocht de ljepper uit It Heidenskip het slotakkoord spelen. Even leek het erop dat Galama het publiek op de Winsumer bult nog één keer in vervoering zou brengen, maar hoewel zijn sprong veelbelovend oogde, ging de stok behoorlijk scheef en bleef hij uiteindelijk bijna een meter verwijderd van Helmholts afstand (19,88). Terwijl Helmholt vervolgens dus wederom met gebalde vuisten het applaus in ontvangst mocht nemen, baalde Galama achter de schansen als een stekker. „Ik had echt gedacht dat die laatste sprong het verschil zou maken. Bij de uitsprong wist ik wel dat ik een beetje scheef zat, maar zelfs toen dacht ik dat het genoeg zou zijn.” Om na een norse blik op de feestvierende Helmholt te vervolgen: „Ik heb er wel genoeg van om Bart te zien juichen. Dan denk ik: laat me alsjeblieft nog één een keer springen. Maar ja, ik heb het zelf laten liggen. In die laatste poging had het moeten gebeuren.”

Zo werd het FK sowieso geen succesnummer voor de familie Galama, want broer Oane -toch één van Helmholts voornaamste belagers van dit seizoen -wist zich niet door de voorrondes heen te knokken en miste daardoor de finale. Met Hobma meldde zich wel een andere potentiele bedreiging voor Helmholt in de eindstrijd, maar bij de tegenwoordig in Harlingen woonachtige ljepper schoot het bij de aanloop voor zijn laatste sprong in zijn lies.

Een anticlimax was het gevolg, want Hobma kon met zijn kwetsuur nog maar net droog de overkant halen. „De sprong was al klaar voordat ik in de stok zat”, berustte hij in zijn onfortuin. „Bart sprong één keer ver, maar ik wist dat het geen onmogelijke afstand was. Doodzonde, want ik zat goed in de wedstrijd en die laatste kans werd me nu door de neus geboord.”

Hobma’s liesblessure zou bovendien nog weleens een lelijk staartje kunnen krijgen, daar het NK in Polsbroekerdam al over twee weken voor de deur staat. „Aan het begin van het seizoen heb ik ook al eens liesproblemen gehad en toen duurde het herstel twee weken. Ik mag hopen dat ik nu sneller klaar ben, maar van een voorbereiding zal in ieder geval niet veel terecht komen.”

En Helmholt? Die dagdroomde met veel gevoel voor monumentale prestaties alvast over het slotstuk van zijn eigen trilogie, dat over pak ‘m een beet een jaar in hetzelfde theater ten uitvoer moet worden gebracht. „In welk rijtje ik deze Friese titel plaats? Eentje in de road to”, glimlachte hij veelbetekenend. „Die tweede Sulveren Pols is het absolute doel. Er zijn twee Friezen die dat ook gedaan hebben (Roel Bokke Span en Gerhard Vlieger, ES) en in dat rijtje wil Bart Helmholt ook graag staan.”